Michael Arthur ‘Tuur’ Stalmans
‘Tuur’ Stalmans *1929 +2021 (foto Abdij van Tongerlo)
Lillenaar pater Leon Verbeek is een zeer actieve heemkundige in Congo. Met regelmaat verschijnen publicaties van hem en Congolese studenten bij het Afrikamuseum te Tervuren. Zij tekenen liederen op die enkel door mondelinge overlevering bewaard zijn gebleven, het zogenaamde orale erfgoed.
Einde 2007 werden volgende uitgaven aangekondigd:
- "Cesse de pleurer, mon enfant". Berceuses du Sud-Est du Katanga, 144 pp., ISBN 978-9-0747-5205-3.
- "Chansons du pilon et de la meule du Sud-Est du Katanga", 92 pp., ISBN 978-9-0747-5204-6.
- "Chansons des jumeaux du Sud-Est du Katanga", 104 pp., ISBN 778-9-0747-5206-0.
- "Le chasseur africain et son monde". Chansons de chasse du Sud-Est du Katanga, 743 pp., ISBN 978-9-0747-5203-9.
Een wat eigenaardige inleiding om over pater Tuur Stalmans te beginnen?
Beeldhouwer Cornelius Janssen
Beeldhouwer Cornelius Janssen
Uit het registrum memoriale dat in het kerkarchief van de parochie bewaard wordt, weten wij dat er in de periode 1870–1880 verschillende beelden werden aangekocht voor de verfraaiing van de toenmalige kerk die door pastoor Spierings in 1845 gebouwd werd.
Het gebeurde onder het pastoraat van Z.E.H. Gerardus Bonifacius Truyens die bij ons pastoor was van 1871 tot 1879. Onder deze beelden zijn er drie die door Cornelis Janssen uit Sint-Truiden gebeeldhouwd en geleverd werden. Het gaat over de beelden van het Allerheiligste Hart van Jezus, het Onbevlekte Hart van Maria en de Heilige Jozef.
Het is de bedoeling van deze bijdrage in te gaan op de tijdsomstandigheden waarin deze aankopen geschiedden alsook op de beeldhouwer zelf.
1. Z.E.H. Gerardus Bonifacius Truyens bestelde deze beelden
Hij werd geboren in Bocholt op 5 juli 1828. Hij stierf op 13 mei 1893 als hij 65 jaar is. Hij deed zijn middelbare studies aan het kleinseminarie van Rolduc, bij Kerkrade in Nederland. Van 1841 tot 1843 en daarna in Sint-Truiden. Hij moet een bekwaam man geweest zijn want tijdens zijn filosofische studies in Sint-Truiden werd hij al aangesteld als leraar wiskunde en natuurkunde, nadien leraar in het kleinseminarie van Sint-Truiden in 1852, priester gewijd op 2 juni 1855, kapelaan te Hasselt 1862, pastoor in Lille 1871 (geïnstalleerd 21 december 1871) en te Hoeselt in 1879, op pensioen in 1893, waar hij kort daarna stierf in Lanaken bij zijn broer op 13 mei 1893.
Een derde bronzen stem
Tijdens zijn periode als pastoor in Sint-Huibrechts-Lille slaagde E.H. A. Scheepers erin verschillende bouwprojecten tot een goed einde te brengen. Denken we maar aan het renoveren van het kerkgebouw, het kerkorgel, het altaar en de verbouwing van de parochiezaal. Maar één van zijn dromen heeft hij niet kunnen verwezenlijken, namelijk een derde luiklok in de kerktoren. In 1987 heeft hij nog een poging gedaan om een klok van 1.155 kg te kopen maar 570.000 fr was toch veel geld en hij had al zo dikwijls zijn parochianen om een geldelijke bijdrage gevraagd. Het bleef bij een klokkendroom.
Bert Goossens
Bert Goossens °Sint-Huibrechts-Lille 20 april 1874 †Sint-Huibrechts-Lille 29 december 1936
Bert was in de tijd dat ik hem leerde kennen vrijgezel. Hij was koopman in stro en aardappelen en hij verkocht op bestelling kalk. Hij was gaarne als koopman aangesproken maar in Lille deed men dat niet, daar was en bleef het Bert. Sommigen noemden hem ook wel eens, als hij er niet bij was: "Strooien Bert".
Hij wist veel mensen te noemen die ook koopman geweest waren maar het allang niet meer waren. Bert was een tamelijk lange, magere man met onder zijn onderlip een heel klein sikkebaardje. Dat sikske moet wel een tijd algemene mode geweest zijn want ik heb tussen de mensen van die leeftijd er nog gekend die dat droegen. Bijvoorbeeld Naar Clijsters, Meuske Bloemen en vader Maesen van Hamont.
De oude pastorij
Archeologisch onderzoek naar de "Oude Pastorij" van Sint-Huibrechts-Lille, 17 juli 2000 tot 31 augustus 2000
Op initiatief van de Heemkundige Kring van Sint-Huibrechts-Lille en in samenwerking met de gemeente Neerpelt, werd overgegaan tot een archeologisch onderzoek van het terrein, kadastraal vermeld als de "Oude Pastorij". Deze opgraving had plaats van 17 juli tot 31 augustus 2000, onder leiding van archeologe Marleen Geuens en kon tot een goed einde gebracht worden dankzij de enthousiaste inzet van de vrijwilligers en de materiële steun van de gemeente Neerpelt.
Ward Roeffaers 50 jaar koster 2005
1 mei 2005. Namens eerwaarde heer pastoor, namens de huidige leden van de kerkfabriek, namens de parochiegemeenschap en namens de ganse Liller gemeenschap willen wij vandaag dank zeggen aan iemand die gedurende vijftig jaar ten dienste stond van ons allen in deze kerk als koster en als organist. 50 jaar is goud, iets uitzonderlijk en dat kunnen wij niet zomaar laten voorbijgaan.
Laat ons even verwijlen in de kerkdiensten in de onmiddellijke jaren na de tweede oorlog.
75 jaar Missiekring in 2000
Vlaanderen zendt zijn zonen uit. Via dit bekende radioprogramma leerden wij het missiewerk kennen dat zovele Vlaamse paters, broeders en zusters belangeloos verrichtten in talrijke missieposten overal in de wereld.
Het kerkhof
Het huidige kerkhof in Sint-Huibrechts-Lille is aangelegd te samen met de bouw van de nieuwe kerk in 1912.
Het is nog een typische begraafplaats, onmiddellijk palende aan de kerk en waar de overledenen van het kerkdorp werden ten grave gedragen en aan moederaarde werden toevertrouwd. Na de fusie van Sint-Huibrechts-Lille met Neerpelt op 1 januari 1977 werd kort nadien besloten deze begraafplaats niet meer te gebruiken. Enkel begravingen in kelders in concessie gegeven zijn nog toegelaten. Door de “tand des tijds” en de mogelijkheid die er bestaat om nabestaanden van dit kerkhof op te graven bij gelegenheid van nieuwe begravingen van familieleden op de nieuwe gemeentelijke begraafplaats, vermindert de bezettingsgraad van dit kerkhof elk jaar. Het is de bedoeling van deze nota historische elementen aan te reiken die bijdroegen tot het ontstaan en het gebruik van dit kerkhof.
Graag verwijzen wij ook naar een artikel van Luc Stalmans over “Het Lilse Kerkhof” verschenen in Het Liller Heem, jaargang 1993, nummer 1, blz. 8-16, dat een aanvulling betekent op de gegevens van deze bijdrage en waarvan dankbaar gebruik werd gemaakt.
De "Lilse Meulen"
Een stormachtige dag in februari 1969. Een felle windstoot breekt een wiek af van de windmolen. De eens zo mooie molen is plots vleugellam geworden. Niemand heeft toen durven denken dat we 31 jaar moesten wachten alvorens dit monument weer maalvaardig zou zijn.
Eeuwenlang waren de mensen van Sint-Huibrechts-Lille, die graangewassen teelden, verplicht gebruik te maken van de molens van Grevenbroek(Achel, Hamont en Lille).
Voor de Franse tijd konden paticulieren niet zo maar een water- of windmolen bouwen. Deze molens waren immers banmolens, dit wil zeggen zij behoorden tot de voorrechten van een heer of een abdij.
E.H. Antoon Scheepers in memoriam 1920-2000
Toen tijdens het luiden van de doodsklokken de mededeling kwam dat onze erepastoor Antoon Scheepers overleden was, dwaalden onze gedachten af naar de jaren (1969-1991) toen hij pastoor was in Sint-Huibrechts-Lille.
Hoe hij met paard en kar verhuisde van Bocholt naar Lille, hoe hij de Sint-Hubertusviering nieuw leven inblies, de misvieringen verzorgde, het kerkgebouw renoveerde, een prachtig nieuw altaar liet maken, de parochiezaal verbouwde, nieuwe klaslokalen liet bouwen, zorgde voor de restauratie van het kerkorgel, voorzitter werd van de fanfare, de priester schilder, enz.
De Boskapel
Onder het pastoraat van Z.E.H. A. Claessen (1897-1906) werd in 1899, een verdere precisering van maand en dag is onbekend, de kapel van O.-L.-Vrouw Onbevlekt Ontvangen gebouwd.
In de aantekeningen van E.H. pastoor Claessen lezen we onder meer het volgende over zijn dienstjaar 1899:
“In dit jaar is gebouwd de gothieke kapel van O.L. Vrouw Onbevlekt Ontvangen en dit is geschied door de giften der parochianen. In den beginne was deze kapel toegewijd aan O.L. Vrouw van Pellevoisin, maar die godsvrucht is door Rome afgekeurd; nu is het de kapel der Onbevlekt Ontvangenis.
Deze kapel behoort aan de kerk, ook wettig, en de grond, waarop deze gebouwd is, behoort ook aan de kerk en is gegeven door de heer burgemeester Joseph Ceelen.
Lille in herinnering door Christine Bertho
Als ik het zo naga was Lille een schoon dorpje en een dorpje waar pit in zat. Zijn er nog, die zich de likeurstokerij “De Heidebloem” herinneren? Die werd beheerd door Hollanders en de directeur heette, als ik me nog goed herinner, Leermaekers. Zijn zoon heette Frans en ze waren van Dordrecht.
Met Lille kermis ging rond 1907 of 1908 een stoet uit en daar was een huifkar bij, geheel versierd met heidebloemen en op die huifkar stond een jenevervaatje en een man of vier met een borrel in de hand. Ze riepen maar van “santé” en of hun borrel gevuld was weet ik niet, maar ze bedoelden het toch goed.
Kerkenbouwers van Sint-Huibrechts-Lille
Voortgaande op de bouw- en verbouwwoede bij de Liller pastoors in de 19de en begin 20ste eeuw zou men de Lillenaren uit die periode gerust de bijnaam “kerkenbouwers” kunnen geven.
Wanneer pastoor Spierings op 5 februari 1818 zijn taak in Sint-Huibrechts-Lille opneemt heeft hij geen pastorij en treft hij er een “akelijk erkgebouw aan, bijna onverzien van kerkelijke ornamenten, het dak versleten, het pladon gedeeltelijk af. En de floer gedeeltelijk van brikstenen en gedeeltelijk van kaseystenen en plaveyen samengesteld.”
Zo schrijft hij het letterlijk in zijn “Registrum Memoriale seu Archivale Ecclesia de Lille Sti Huberti”. Deze erbarmelijke toestand van de kerkelijke bezittingen was nog een erfenis van de Franse tijd.
Onthulling monument 2004
Bevrijdingsherdenking 19 september 2004
60 jaar na de bevrijding hebben we voor de Britse bevrijders iets terug kunnen doen in aanwezigheid van veteranen van het Suffolk Regiment en van jonge soldaten van de King’s Own Scottish Borderers. We waren dan ook blij dat we met de organisatie van Hamont-Achel konden meedoen met een herdenkingsviering die om 13u startte te Kaulille, om 14u verder ging te Sint-Huibrechts-Lille, om 15u te Achel en om 16u te Hamont. Een goed geplande en prima uitgevoerde herdenkingsviering op deze zonnige zondag, ingeleid door het saxofoonensemble van de Koninklijke Fanfare ‘Vermaak na Arbeid’.
Volksfiguur
Na de novelle "Bert, een dorpsprofeet" van Kapelaan Van der Donck, beginnen wij nu met het publiceren van een reeks over "Volksgebruiken".
Luc Stalmans (°1926-†1996), stichtend lid van de Liller Heemkundige Kring, schreef in ons tijdschrift "Het Liller Heem", tientallen artikels over oude volksgebruiken.
Geboorte
Overal waar er mensen werken en leven gebeuren er dingen die vanaf de geboorte tot aan de dood toe, dit leven beheersen of beïnvloeden. Het zijn vastgeankerde gewoontes, die van geslacht tot geslacht werden overgegeven. Die "dingen" noemden men volksgebruiken. Overal wordt men ermede geconfronteerd, mogelijk verschillend van plaats tot plaats, veroorzaakt door het milieu waarin het gebeuren zich voordoet.
Alles begint bij het leven. Als een jong echtpaar de indruk had kinderloos te blijven, dan werd algauw een bedevaart georganiseerd, om aan dit euvel te verhelpen. Kinderloosheid werd aanzien als onheil. Moeder-schap daarentegen betekende rijkdom.
De Rooie Pier
De Rooie Pier is altijd een geheimzinnige en mysterieuze plek geweest binnen ons kerkdorp. Tot 1970 behoorde dit gebied tot de Kolis in Neerpelt. Na 1970 werd het aangehecht aan ons kerkdorp omdat de woning aldaar vanuit onze gemeenschap de noodzakelijke minimumvoorzieningen kreeg. Voor het ontstaan van de naam zijn er verschillende theorieën. Eén ervan is dat de eerste bewoner een "rooie Pier" was die op de heide als eerste een hut bouwde en er ging wonen. In de volksmond groeiden er meerdere legenden en sagen over dit mysterieuze plekje dat tot ongeveer 1960 enkel toegankelijk was langs een karrenspoor.
Hop hop hop
Het is de mens, door alle tijden heen, eigen geweest te werken op een ritme dat hij zelf bepaalde en tot uiting bracht door allerlei klanken. Deze klanken werden later in woorden omgezet en met deze woorden ontstonden liederen. Naarmate het arbeidsgebeuren zich meer en meer moderniseerde en mekaniseerde was er geen behoefte meer aan kadans of ritme. Het arbeidslied verdween. Zoals in vele gevallen, is in het kinderleventje veel behouden, wat in de volwassen wereld verloren ging.
"Adam en Eva zaten in een schip
Hip - hip - hip
Adam en Eva zaten in een schip
Hip - hip - hip"
"Allemaal op de fiets"
Op 20 maart 2004 vierde de wielertoeristenclub 'Allemaal op de fiets' zijn honderdjarig bestaan. De heemkundige kring wenst deze bloeiende vereniging van harte proficiat met deze verjaardag en de volgehouden inzet voor 100 jaar fietsontspanning in Sint-Huibrechts-Lille tussen 1904 en 2004.
Wij konden over de eerste periode van 'Allemaal op de fiets' putten uit het archief van de heemkundige kring en twee artikels van de hand van Jules Klok, namelijk 'De fietssport in Lille' in 'Historiek van het ontspanningsleven in Sint-Huibrechts-Lille' van 1975 en 'Allemaal op de fiets' in het allereerste nummer van 'Het Liller Heem'.
Kinderspelen
Er kwam een tijd dat opgroeiende kinderen niet meer zo volgzaam waren als vader en moeder het wilden. Liever dan slapen gaan bleven de kinderen bij de grote mensen. Al wat niet kon of mocht werd juist door deze bengels gedaan! Alhoewel de opvoeding streng werd doorgevoerd, konden de ouders niet blijven dreigen met in de hoek te moeten staan en met het geven van een draai rond de oren. Aan de dreigementen werden de kinderen gewend en "het in de hoek staan" werd daarentegen meestal handig omzeild.
In memoriam Alfons Ras
Totaal onverwacht overleed ons gewaardeerd medelid Alfons Ras op 17 december 2003 in het ouderlijk huis in de Dorpsstraat.
Onze meesterschilder had ons nog op de laatste maandvergadering een hele avond geanimeerd verteld over Lille tijdens de Tweede Wereldoorlog, zodanig zelfs dat kringlid Willy Van Asten op het einde van de avond betreurde dat de woorden van Fons niet op cassette waren opgenomen.
Helaas, zijn woorden zijn weg en we zullen ze nog vaak missen.
Fons Ras was geboren te Sint-Huibrechts-Lille op 10 november 1921 in het gezin van huisschilder Leo Ras en Maria Lowiesa De Bruijn.
Communie
In een eerder verschenen artikel werd gehandeld over de doop en al wat daar rond gebeurde. Zo vroeg mogelijk werd aan het kind bijgebracht dat Onze-Lieve-Heer bij zijn leven hoorde. Het kreeg een kruisje met wijwater als het ging slapen en als het opstond. Een speelse moeder maakte soms wel een kruisje met zijn voetjes. Het kindje werd gewezen naar het kruis en het Lieve Vrouwke op de schouw. Het leerde dan in de handjes klappen en zeggen:
"Danke Lieve Heerke
Danke Lieve Vrouwke
Danke Engelke zoet
Dat Doruske bewaren moet
van alle vuur
van alle kwaad
van alle ziektes
van alle ongelukken
Danke, danke, danke"
Lille in herinnering door Chel Driesen
Hoe verging het mij in mijn jeugd?
Louis Driesen, oudste zoon van het gezin Door Driesen-Verduyckt Maria, werd geboren te Hamont op 24 oktober 1924. Hij schrijft hier zijn herinneringen neer.
Op foto het gezin Driesen-Verduyckt in 1974 met de gouden bruiloft.
1ste rij vlnr: 1. André Driesen 2.Door Driesen 3. Maria Verduyckt 4. Louis Driesen 5. Chel Driesen
2de rij vlnr: 6. Thoke Driesen 7. Tina Driesen 8. Rosa Driesen 9. Jeanne Driesen 10. Maria Driesen 11. Jet Driesen
Sint-Huibrechts
Op "Sint-Houbrecht mag er geen rad draaien", aldus een volkse uitspraak in Lille en omgeving nog voor de eeuwwisseling. De betekenis van deze uitspraak was duidelijk. Op het feest van Sint-Hubertus, 3 november mocht er helemaal niet gewerkt worden, en was een erkende kerkelijke feestdag. Meteen was een begin gemaakt met een ganse reeks van feestdagen waarvan er op dit ogenblik slechts enkele zijn overge-bleven. Sint Maarten, wiens feestdag op 11 november wordt gevierd, heeft in sommige plaatsen weten stand te houden.In Sint-Huibrechts-Lille werd destijdswel eens geprobeerd het Sint-Maartensvuur te doen heropleven, echter zonder resultaat. Dit is alleszins begrijpelijk, te meer daar de zin van dit vuurtjestoken niet is begrepen. St.-Elooi echter staat op een goed blaadje bij de smeden, metaalbewerkers en op sommige plaatsen nog bij de landbouwers. De naamdag van St.-Barbara, onze mijnwerkers noemen haar St.-Baar, is telkenjare weer een reden tot een gezellige samenkomst van onze mijnwerkers.
Paaswoensdag 12 april 1651
350 jaar geleden was er paniek in Lille. De tiendenklok van de gemeente sloeg alarm in de toren. Mensen vluchten met vee naar de schans op de Broekkant, anderen hadden hun spullen in de kerk ondergebracht; ook de kisten of kompen met archief van parochie en gemeente stonden er.
Kruiden en medicijnen
Het is onbetwistbaar dat vele mensen heden ten dage teruggrijpen naar al hetgeen de natuur te bieden heeft. Wol die van schapen is gewonnen, wordt gekleurd met kleurstof, getrokken uit planten en bloemen. Menig dorp beschikt opnieuw over een winkeltje waar, om allerlei kwaaltjes te overwinnen, de nodige kruiden kunnen aangekocht.
Er is een tijd geweest, en die is nog niet zo lang voorbij, dat de mens, en vooral dan de bewoners van het platteland, niets anders dan kruiden ter hunne beschikking hadden om pijn en smart te helen, of minstens toch tijdelijk te verzachten.
Een nieuwe dorpspomp
Hoe dikwijls hebben we op 11 februari 2001 en ook voordien de volgende woorden niet horen uitspreken door oudere Lillenaren:
"Wij hadden vroeger een heel schone pomp staan tussen de kerk en het huis Linders, nu het oud gemeentehuis. Geen enkel dorp in de omtrek had zulke fraaie sierlijke dorpspomp als Sint-Huibrechts-Lille. Maar ze is spijtig genoeg uit ons dorpszicht verdwenen."
De Loteling
"Ich ben er in...ich ben er oet..."
Wie in vroegere tijden zou denken dat hij bij het groot volk zou thuis horen, eenmazal de Plechtige Communie achter de rug, kwam meestal bedrogen uit. Wie het riskeerde op jongere leeftijd een heberg binnen te lopen, of naar een meisje te lonken werd meer dan eens op zijn "plaats gezet. Hem werd duidelijk gemaakt dat hij slechts bij de pottenpakkers en ernstige vrijers kon gerekend worden vanaf het ogenblik dat hij de "loting" achter de rug had.
In memoriam Soi Wils
Op maandag 15 oktober 2001 overleed Soi Wils in huiselijke kring. Soi was sinds 1975 lid geweest van onze heemkundige kring.
Soi werd geboren in Sint-Huibrechts-Lille op 30 juli 1931 in de Oude Brugstraat als zoon van Jan Wils (°Bocholt 16.07.1898, +Sint-Huibrechts-Lille 20.05.1975) en Pauline Gielen (°SHL 14.04.1906, +SHL 29.01.1960). Jan Wils was weggevoerde van de eerste wereldoorlog (1). In huis hing een grote foto van Jan, die dienst deed bij de cavalerie.
Jan en Pauline begonnen een winkel in de Oude Brugstraat. Het gezin nam uitbreiding: Mariette, François, Michel, Simone en Paula.
De eerste levensmaanden
De meest natuurlijke voeding voor het opgroeiend kind was de moedermelk. Het was toen bijgevolg ook vanzelfsprekend dat iedere moeder haar kind zelf wenst te voeden. Wanneer dit niet mogelijk was, aanzag de onmiddellijke omgeving dit als een niet te aanvaarden tekort of gebrek van de jonge moeder. Voor de minderbegoeden was het gebrek aan moedermelk moeilijk te verwerken. Er moest dan worden overgeschakeld naar de zuigfles. Voor een moeder uit de meer begoede burgerij lagen de zaken wel enigs-zins anders. Met het nodige geld kon een "min" worden aangeworven die het kindje kon zogen. De min kon evengoed een ongehuwde moeder zijn of een moeder waarvan het kindje was overleden.
Lille neemt afscheid van E.H. pastoor Willy Smeets
Van 1896 tot heden zijn zeven priesters pastoor geweest in Sint-Huibrechts-Lille.
1896-1906 E.H. Alphonse Joseph Claessen
1906-1907 E.H. Hendrik Boven
1907-1930 E.H. Franciscus Vanderweyer
1930-1982 E.H. Jaak Soors
1952-1969 E.H. Jozef Hendrikx
1969-1991 E.H. Antoon Scheepers
1991-2000 E.P. Willy Smeets
2000-2009 E.H. Alain Bruyninx
Lees meer: Lille neemt afscheid van E.H. pastoor Willy Smeets
Een jaarabonnement kost € 15,00 Abonnee worden?