header4

 
De bevrijdingsperiode in Sint-Huibrechts-Lille 14 tot 20.09.1944

 

14.09.1944: Duitsers beschieten de kerktoren: uitkijkpost voor het Geheim Leger en de Britse verkennersGehavende kerktoren september 1944De gehavende kerktoren

Vanaf donderdag 14 september begonnen de Duitsers de uitkijkpost, die de Britten en leden van het Geheim Leger in de kerktoren hadden ondergebracht, met hun kanonnen van bij het huis Gielkens aan de Broekkant te beschieten. Ook vrijdag 15 september ging die beschieting voort. De uitkijkpost moest zich daarop terugtrekken. De toren werd fel gehavend, maar bleef overeind.

 

16.09.1944: drie Lilse burgers worden door de Duitsers vermoord

Zaterdag 16 september zou een trieste rouwdag worden voor Lille. Duitse SS‐ers kwamen die dag door de duiker van de Warmbeek onder het kanaal door, staken de boerderijen van Verbeek en Custers op de Fierkens‐Heikant in brand en schoten Harrie Verbeek, Maarten en Godfried Custers dood. Peter Verbeek, de grootvader, liet zich voor dood vallen en ontsnapte aan de slachting. Voor de Duitsers was deze gruweldaad niet meer dan een actie tegen mensen die ze ervan verdachten partizanen te zijn. Later zou blijken dat Harrie, Maarten en Godfried met het verzet niets vandoen hadden. De slachtoffers werden enkele dagen later na een sobere plechtigheid op het gemeentelijk kerkhof begraven.

2. Harrie Verbeek en Drika Cox.foto bewerkenHarrie Verbeek

3. Marten en Godfried CustersMarten en Godfried Custers

Extra:  De leden van de Witte Brigade vertoonden zich vanaf 13 september al openlijk en voerden reeds hun eerste acties uit tegen hen die met de Duitsers gecollaboreerd hadden. Ze hadden reeds de Belgische vlag op de toren van de kerk gehesen. Ze droegen een driekleurige armband en een duidelijk zichtbaar geweer op de schouder. Zij eisten bij de familie Custers en Verbeek eten op. De Duitsers trachtten de observatiepost in de toren uit te schakelen met kanonbeschietingen. Er heerste onrust bij de bevolking en in grote onzekerheid wachtten de Lillenaren de echte bevrijding af. Aan de noordkant van het kanaal hadden de Duitse troepen een sterke verdediging opgebouwd. Toch waren er nog Duitsers aan de Dorpskant. Dit zorgde voor een gevaarlijke toestand. Er werden zelfs nog restanten gevonden van een geheime observatiepost van de Duitsers op de Fierkens‐Heikant. De zes jongens van de familie Verbeek sliepen al een week aangekleed op matrassen in een kamer, terwijl de meisjes ‐ Mia nog geen drie jaar en Lia nog maar tien maandenoud ‐ bij de ouders sliepen.

Zaterdagavond 16 september : de jongsten waren al slapen, de oudsten waren nog bezig in huis. Rond 20 uur werden de luiken opengerukt en de vensters ingebeukt. Een paar Duitsers, gezichten zwart gemaakt, volledig gecamoufleerd, takken op de helm, het geweer in aanslag, kwamen binnen. Grootvader en vader Verbeek moesten naar buiten gaan met de handen omhoog. Moeder en kinderen werden eerst samengedreven in een kamer en daarna moesten ook zij naar buiten om samen met grootvader en vader naar het bosje van Spaas te gaan. Dit lag een eind achter hun woning.

Terzelfder tijd vielen soldaten binnen bij het gezin Custers, de buren van het gezin Verbeek (nu het Franciscushof). Daar woonden Maarten en Fried Custers, hun zus Marie en Trees Gielen als dienstmeid. Zij waren uit het huis gedreven, Maarten en Fried met de handen omhoog en ook zij moesten in de richting van het bosje van Spaas gaan.

Op de brug over de Leemskuilderloop kwamen de families samen. Honderd meter verder bij een grote doornstruik moesten allen gaan liggen. Marten en Fried Custers en grootvader en vader Verbeek moesten verder gaan met de handen op het hoofd. De families zagen dan al de vlammenzee van het huis Custers en van het huis van Nolleke Siek dat als bergplaats gebruikt werd. Zij hoorden het loeien van de koeien die uit de stallen gedreven werden.

Plots klonken schoten. Maarten Custers was het eerste slachtoffer. Daarna volgde Fried Custers en Harrie Verbeek. Grootvader Verbeek had zich laten vallen toen Maarten door kogels geveld werd en als dood bleef liggen. Hebben de Duitsers gedacht dat hij dood was of was het voor hen ‘maar’ een oude man van 76 jaar ? De Duitsers verdwenen in de struiken langs de kanaaldijk. Er waren zeker een tiental Duitse soldaten betrokken bij deze gewelddaad. Later werd nog een onderzoek ingesteld, maar moeder Verbeek durfde niemand als dader aanwijzen.

Na een tijdje zijn alle bewoners gevlucht naar de buren, waar ze op een grote solidariteit mochten rekenen. Grootvader Verbeek en de zonen Piet en Theo hebben de lijken nog gezien. De lijken werden naar het kerkhof gebracht door Jan Knevels, Theodoor Rabijns, Michel Ieven en Pieter Ras. Met een kort gebed door pastoor Soors werden ze begraven op het kerkhof van Lille. Enkele Britse M.P.’s waren aanwezig. Op maandag 23 oktober 1944 werd de officiële lijkdienst gezongen. Daarna volgde een bezoek en bloemenneerlegging aan de graven van de getroffenen in aanwezigheid van een groep Engelse soldaten onder bevel van hun majoor.

Begraven van H. Verbeek en gebroeders CustersGraven Britse soldaten, H. Verbeek en gebroeders Custers

 

17.09.1944: twee Britten sneuvelen bij een verkenningsopdracht

Op 17 september wilden drie Britse soldaten in een lichte bren carrier de omgeving van het kanaal en de vroegere Brug 4 verkennen. Zij reden in de richting van de afgebrande huizen op de Fierkens‐Heikant. Maar ook zij werden beschoten. Zij hadden minder geluk : hun voertuig werd getroffen door een Duitse mortiergranaat. Twee inzittenden kwamen daarbij

om het leven : Royal Engineer Robert Cadwallader en sergeant Charles Duffy. Bernard Cunningham, hun chauffeur van de verkenningseenheid 3rd Recce, bracht het er levend vanaf. Als eerbetoon aan de 22‐jarige luitenant Robert Cadwallader gaven de Royal Engineers de Baileybrug die ze op 19 september in Sint‐ Huibrechts‐Lille over het kanaal zouden leggen, de naam Pen‐y‐Lan Bridge, naar de wijk in Cardiff, waar Cadwallader opgroeide.

Graven Cadwallader en Duffy op Fierkens HeikantGraven van Cadwallader en Duffy op de Fierkens-Heikant Robert CadwalladerRobert Cadwallader

 

17.09.1944: de start van Market Garden

 

Operatie Market Garden

Op 17 september 1944 ging op het grote slagveld ‘Operatie Market Garden’ van start. Met die actie moest via Nederland zo snel mogelijk doorgestoten worden naar het Ruhrgebied, het industriële hart van Duitsland. Hiertoe werd een dubbele actie op touw gezet : Market voor de luchtoperatie en Garden voor de grondtroepen. Voor Market werden daartoe drie geallieerde luchtlandingsdivisies gedropt tussen Eindhoven en Arnhem om de bruggen over de Maas (Grave), de Waal (Nijmegen) en de Rijn (Arnhem) in te nemen en te bezetten. Met de grondoperatie Garden moest het grondleger zo snel mogelijk de luchtlandingsdivisies vervoegen en ontzetten. Garden ging op 17 september in Lommel‐Barrier van start. De hoofdas van de grondtroepen, die van Lommel naar Valkenswaard en Eindhoven moest optrekken, bestond uit het XXXste Korps van het Britse leger. De Guards Pantserdivisie van dat XXXste Korps moest volgens de planning in drie dagen tijd vanaf de Belgische grens tot in Arnhem zien te geraken. Voorwaarde voor die snelle doorstoot was echter dat de luchtlandingstroepen alle bruggen tussen Eindhoven en Arnhem intact zouden innemen.

De linkerflank van de hoofdas Lommel‐Eindhoven werd verdedigd door het Britse XIIde Korps en de rechterflank door het Britse VIIIste Korps, dat bestond uit de 3de Infanteriedivisie en de 11de Pantserdivisie. Het moest na het oversteken van het kanaal Bocholt‐Herentals in Sint‐Huibrechts‐Lille richting Weert oprukken en verhinderen dat de hoofdas in de flank door Duitse pantserdivisies zou aangevallen worden.

Operatie Market Garden.WWIIEurope1944Operatie Market Garden. (WWIIEurope1944)

 

18-20.09.1944: Operatie Hurry On

De oversteek van het kanaal Bocholt‐Herentals in Sint‐Huibrechts‐Lille kreeg daarbij een eigen codenaam ‘Hurry On’. Die oversteek zou in meerdere fases gerealiseerd worden.

Eerst moest het Britse VIIIste Korps op dinsdag 19 september een bruggenhoofd

forceren. Als dat gebeurd was, moest zo snel mogelijk een Baileybrug worden gebouwd. Daarop konden de Shermantanks van de 11th Armoured Division het kanaal over en richting Weert (NL) doorstoten. Dit gebeurde op 20 september.

Majoor Glyn Gilbert schreef in zijn herinneringen : ‘We kropen de oever op, terwijl wij onze boten meesleepten en lieten hen daarna van de steile helling in het water zakken. Het vijandelijk antwoord kwam onmiddellijk en krachtdadig met zeer hevig mortiervuur : 20mm geschut vuurde over een gefixeerde lijn over het kanaal. Wij leden onmiddellijk zware verliezen bij het oversteken van de oevers. De boot aan mijn rechterkant werd getroffen door een directe mortierinslag. We verloren twee gezonken boten en meer dan 70 NCO’s en manschappen werden gedood en gewond in het kanaal en op de oevers. De Duitsers vochten een goede strijd met weinig verliezen aan hun kant.’

 

Gesneuvelde geallieerde soldaten

Van de Britse soldaten die in ons dorp het leven lieten, zijn de meeste namen bekend. De volgende lijst geeft een overzicht per begraafplaats tot 1948 met de volgende specificaties :

K.I.A. = killed in action (gesneuveld), D.O.W. = died of wounds (overleden aan verwondingen).

De volgende soldaten sneuvelden bij hun verkenningstocht in de Fierkens‐Heikant en werden daar begraven, kort bij het huis Verbeek:

Vader Cadwallader bij het graf van zijn zoonVader Cadwallader bij het graf van zijn zoon

  1. CADWALLADER Robert James Harvey, luitenant, 259858, Royal Engineers, 22 jaar, tijdens verkenningsopdracht gedood te Sint‐Huibrechts‐Lille, 17.09.1944, begraven in Leopoldsburg IV.R.1
  1. DUFFY Charles, sergeant, 3387422, 3de Regiment Reconnaissance Corps, echtgenoot van Mevrouw Duffy en vader van Patricia, gedood tijdens verkenningsopdracht samen met Robert Cadwallader te Sint‐Huibrechts‐Lille 17.09.1944, begraven in Leopoldsburg IV.B.2.

Werden begraven op de speelplaats van de jongensschool :

  1. BAYLES Robert, soldaat, 3193977, 1 ste King’s Own Scottish Borderers, 28 jaar, KIA Sint‐Huibrechts‐Lille 19.09.1944, begraven in Leopoldsburg IV.C.2,
  2. LAVING Leslie Frederick, kapitein 233304, 2de The London Irish Rifles, Royal Ulster Rifles, 31 jaar, echtgenoot van Janet Muriel Laving, K.I.A. Sint‐Huibrechts‐Lille 19.09.1944, begraven in Leopoldsburg IV.E.1,
  3. LLEWELYN Harry, soldaat, 1537711, 1ste King’s Own Scottish Borderers, 26 jaar, K.I.A. Sint‐Huibrechts‐Lille 19.09.1944, begraven in Leopoldsburg IV.C.1,
  1. MORGAN John, luitenant, 315230, Royal Irish Fusiliers, 20 jaar, K.I.A. Sint‐Huibrechts‐Lille 19.09.1944, begraven in Leopoldsburg IV.D.2,
  1. STEADMAN Henry Smith, korporaal, 5341308, 2de The London Irish Rifles, Royal Ulster Rifles, echtgenoot van May Alice Steadman, K.I.A. Sint‐Huibrechts‐Lille 19.09.1944, begraven in Leopoldsburg IV.D.3.

In de omgeving van het station sneuvelden nog twee Engelse infanteristen:

  1. STEVENSON John Proctor, soldaat, 2764261, 1ste King’s Own Scottish Borderers, 24 jaar, echtgenoot van Annie Stevenson, K.I.A. Sint‐Huibrechts‐Lille 19.09.1944, begraven in Leopoldsburg I.B.16,
  2. TAYLOR Rex Leonard, luitenant, 295528, 1ste King’s Own Scottish Borderers, 24 jaar, K.I.A. Sint‐Huibrechts‐Lille 19.09.1944, begraven in Leopoldsburg I.B.15.

Bij het oversteken van het kanaal aan de rechterzijde van de opgeblazen brug en op de Broekkant sneuvelden vele Britse militairen. Zij werden daar op verschillende locaties begraven :

  1. ABEL Frederick James, soldaat, 5891507, 2de Lincolnshire Regiment, 28 jaar, echtgenoot van Elsie Mary Abel; K.I.A. Sint‐Huibrechts‐Lille 19.09.1944, begraven in Leopoldsburg IV.E.7,
  2. ALLEN John Victor, soldaat, 3770253, 2de Lincolnshire Regiment, 25 jaar, K.I.A. Sint‐Huibrechts‐Lille 19.09.1944, begraven in Leopoldsburg IV.E.14,
  3. FOWLER Albert, lance korporaal, 4611232, 2de Lincolnshire Regiment, 33 jaar, echtgenoot van Lily Fowler, K.I.A. Sint‐Huibrechts‐Lille 19.09.1944, begraven in Leopoldsburg IV.E.18
  4. GREAVES Cyril George, soldaat, 14429845, 2de Lincolnshire Regiment, leeftijd onbekend,

Britse soldaten begraven op de speelplaats van de jongensschoolBritse soldaten begraven op de speelplaats van de jongensschoolK.I.A. Sint‐Huibrechts‐Lille 19.09.1944, begraven in Leopoldsburg IV.E.6,

  1. LAWS Raymond, soldaat, 14391045, 2de Lincolnshire Regiment, 20 jaar, K.I.A. Sint‐Huibrechts‐Lille 19.09.1944, begraven in Leopoldsburg IV.E.10,
  2. LAYCOCK John, soldaat, 7371923, Royal Army Medical Corps toegevoegd aan het 2de Lincolnshire Regiment, K.I.A. Sint‐Huibrechts‐Lille 19.09.1944, begraven in Leopoldsburg IV.D.4,
  3. LAYTON Leonard, soldaat, 5048092, 2de Lincolnshire Regiment, 31 jaar, K.I.A. Sint‐Huibrechts‐Lille 19.09.1944,begraven in Leopoldsburg IV.E.17,
  4. LONDON Peter Morris, luitenant, 299299, North Staffordshire Regiment, onbekende leeftijd, K.I.A. Sint‐Huibrechts‐Lille 19.09.1944, begraven in Leopoldsburg IV.E.11,
  5. LONGHURST Ronald Arthur, soldaat, 14507683, 2de Lincolnshire Regiment, 20 jaar, K.I.A. Sint‐Huibrechts‐Lille 19.09.1944, begraven in Leopoldsburg IV.E.12,
  6. MOTLEY Frank, lance sergeant, 4802966, 2de Lincolnshire Regiment, 35 jaar, echtgenoot van Jane Motley, K.I.A. Sint‐Huibrechts‐Lille 19.09.1944, begraven in Leopoldsburg IV.E.15,
  7. NORTON Charles Everard, soldaat, 5050975, 2de Lincolnshire Regiment, 25 jaar, K.I.A. Sint‐Huibrechts‐Lille 19.09.1944, begraven in Leopoldsburg IV.E.9,
  8. MUIR Thomas, soldaat, 3192054, 2de East Yorkshire Regiment, 31 jaar, echtgenoot van Mary Patricia Muir, K.I.A. Sint‐Huibrechts‐Lille 19.09.1944, begraven in Leopoldsburg IV.E.20,
  9. ROGERS John, soldaat, 5050193, 2de Lincolnshire Regiment, 32 jaar, K.I.A. Sint‐Huibrechts‐Lille 19.09.1944, begraven in Leopoldsburg IV.E.16,
  10. SHARP Arthur William, soldaat, 5883761, 2de Lincolnshire Regiment, 29 jaar, K.I.A. Sint‐Huibrechts‐Lille 19.09.1944, begraven in Leopoldsburg IV.E.5,
  11. SMITH John Nicolas Montague, korporaal, 5892436, 2de Lincolnshire Regiment, leeftijd onbekend, K.I.A. Sint‐Huibrechts‐Lille 19.09.1944, begraven in Leopoldsburg IV.E.13,
  12. SCURRAH Thomas Fryer, soldaat, 14413952, 2de Lincolnshire Regiment, 18 jaar, D.O.W. Sint‐Huibrechts‐Lille 19.09.1944, begraven in Leopoldsburg IV.E.19,
  13. THOMPSON Ralph, soldaat, 14414923, 2de Lincolnshire Regiment, 19 jaar, K.I.A. Sint‐Huibrechts‐Lille 19.09.1944, begraven in Leopoldsburg IV.E.8.

Bij de graven op de Broekkant was volgende tekst aangebracht:

Fathers give their sweat

Mothers give their tears

Sons give their blood.

 

Begraven in de moestuin van de familie HurkmansGraven in de moestuin van de familie Hurkmans

 

Aan Brug 4 op de Fierkens‐Heikant bevond zich het graf van :

  1. BOLTON C., soldaat, 3783755, South Lancashire Regiment, K.I.A. Sint‐Huibrechts‐Lille 19.09.1944, begraven in Geel II.D.20.

Op het kerkhof bij de kerk lagen er drie oorlogsgraven :

  1. BAMFORD Herman Reeve, majoor, 98875, West Yorkshire Regiment Prince of Wales, 33 jaar, echtgenoot van Lilian Rebecca Bamford, D.O.W. Sint‐Huibrechts‐Lille 20.09.1944, begraven in Heverlee 10.B.01,
  2. KNIGHTS William George, soldaat, 14205791, 2de East Yorkshire Regiment, 22 jaar, K.I.A. Sint‐Huibrechts‐Lille 19.09.1944, begraven in Heverlee 9.C.8,
  3. LICHTLEY Harry George, lance sergeant, 4348024, 2de East Yorkshire Regiment, 24 jaar, K.I.A. Sint‐Huibrechts‐Lille 19.09.1944, begraven in Heverlee 10.E.9
  4. BOUDILLON Patrick, kapitein bij de King’s Shropshire, 155015, overleden op 20.9.1940 en begraven bij Brug 4, Broekkant, langs de weg naar de familie Cox‐Duisters, huidige begraafplaats niet bekend.

Volgende militairen waren zwaar gewond en zijn overleden op 19 of 20 september :

  1. COOPER William Joseph, soldaat, 3652934, 2de Lincolnshire Regiment, 27 jaar, D.O.W.

19.09.1944, begraven in Leopoldsburg V.A.3,

  1. LEWIS Cyril David, soldaat, 4802429, 2de Lincolnshire Regiment, D.O.W. 20.09.1944, begraven in Leopoldsburg V.A.5,
  2. QUESKEY David Denis, luitenant, 295870, East Yorkshire Regiment, 21 jaar, D.O.W. 19.09.1944, begraven in Leopoldsburg V.A.4.

In Lille sneuvelde twee Canadezen :

  1. COPE Alfred Robert, luitenant, Royal Canadian Infantry Corps toegevoegd tot het 1ste

South Lancashire Regiment, 20 jaar, gedood door een Duitse granaat tijdens een verkenningsopdracht te Sint‐Huibrechts‐Lille 18.09.1944, tijdelijk begraven in Kaulille, begraven in Groesbeek (Nl.) XVII.B.5.

  1. McKENNA John, sergeant, 21 jaar, geboren te Montreal, was bombardier van de Royal Canadian Air Force en van het 630ste Squadron. Verongelukte op 22 juni 1944 met de volledige bemanning. Hij werd dood aangetroffen door de Bosrussen op de Berghei.

 

 

Interview Hubert Stienaers (1925-2019) over het in brand schieten door de Duitsers van het huis op de Broekkant op 19.09.1944 (®René Winters-Achel)

 

Sint-Huibrechts-Lille 20 september 1944 ® IWM London

 

3ddiv

11div

 kaft wo2 boekWenst u meer te weten over "Sint-Huibrechts-Lille tijdens de Tweede Wereldoorlog 1940-1944" dan kan u dit boek aanschaffen bij de heemkundige kring aan €35.00

 


Heemkundige Kring St.-Huibrechts-Lille
p/a Lille Dorp 30
3910 Sint-Huibrechts-Lille

 


RPR 0415444169
Ondernemingsrechtbank Antwerpen
Afdeling Hasselt