Toen tijdens het luiden van de doodsklokken de mededeling kwam dat onze erepastoor Antoon Scheepers overleden was, dwaalden onze gedachten af naar de jaren (1969-1991) toen hij pastoor was in Sint-Huibrechts-Lille.
Hoe hij met paard en kar verhuisde van Bocholt naar Lille, hoe hij de Sint-Hubertusviering nieuw leven inblies, de misvieringen verzorgde, het kerkgebouw renoveerde, een prachtig nieuw altaar liet maken, de parochiezaal verbouwde, nieuwe klaslokalen liet bouwen, zorgde voor de restauratie van het kerkorgel, voorzitter werd van de fanfare, de priester schilder, enz.
Het waren jaren getekend door inzet en strijd. Strijd in de eerste plaats voor het belang van zijn parochianen. Hij was fier pastoor te zijn in Sint-Huibrechts-Lille.
Tijdens de plechtige begrafenismis werd de homilie gehouden door E.H. Jossart, deken te Hamont. Met zijn goedkeuring laten we hier de tekst verschijnen die een overzicht geeft van het leven van pastoor Scheepers.
“Geachte familie, confraters, broeders en zusters,
Verleden vrijdag heeft Toon zijn leven teruggelegd in de handen van God. Zowat 80 jaar geleden had hij dat leven als een talent uit Gods hand gekregen met de opdracht: doe er iets mee, maak er iets schoons van. 52 jaar geleden stelde hij dat talent helemaal in de dienst van Gods liefde. Hij werd priester in de dienst van God en van de mensen. Verleden vrijdag gaf hij zijn talent van geloof en liefde terug in Gods handen. Hij had ermee gewerkt en het vruchtbaar gemaakt. De Vader zal tot hem zeggen: “Uitstekend, goede en trouwe dienaar, ga binnen in de vreugde van uw Heer”. Op verscheidene plaatsen is E.H. Scheepers als priester werkzaam geweest: als kapelaan van St.-Julienne te Luik, 16 jaar als kapelaan te Bocholt, 22 jaar als pastoor hier in Sint-Huibrechts-Lille. Waar hij werkzaam was, was hij duidelijk en voelbaar, zelfs hoorbaar aanwezig. Toon was een schilder, het was zijn grote hobby. Hij dacht en zag met composities, lijnen en kleuren. Het moet dus niet verwonderen dat er in zijn optreden en bezig-zijn iets schilderachtigs zat, kleur en spielerei, een vrijmoedigheid en een vrijheid die kunstenaars eigen zijn. Kapelaan Scheepers reed niet braafjes met een moto, hij scheurde met een zware moto door het dorp in Bocholt. Hij stak zijn schouders onder grote ondernemingen, zoals de Boerenhal te Bocholt, het nieuwe orgel hier in de kerk, de bouw van schoollokalen, de verbouwingen aan het parochie-huis. Hij zat vol vitaliteit en enthousiasme, vol energie en vindingrijkheid. Hij was een man van het volk die met iedereen goed kon opschieten. Is dat niet de bepaling van de priester: uit het volk genomen en voor het volk aangesteld als middelaar tussen God en het Godsvolk. Toon was dat met hart en ziel, dat was zijn talent. Niet het talent van zijn schildersgave, maar het talent van de liefde die God hem gegeven had en dat hij aan anderen moest doorgeven. Het is de essentie van een priesterleven omdat het heel de levenswijze van Jezus inhoudt. Op kerstdag lazen wij bij St.-Paulus: “Verschenen is de menselijkheid en de goedheid van onze God”. Jezus was daar het unieke voorbeeld van. Maar het was ook de wijze waarop E.H. Scheepers priester wou zijn. Tussen zijn mensen staan, vol warmte en goedheid. Daarom wou hij ook het kerstgebeuren zo aanspreekbaar maken zoals in het kerstspel dat hij te Bocholt gestalte gaf. Gods goed-heid en Gods liefde voor de mens zijn geen abstracte gegevens maar zijn werkelijkheden van vlees en bloed. Toon was een priester van vlees en bloed. Gods liefde en goedheid moeten tastbaar, ervaarbaar onder ons aanwezig zijn. Daar geloofde hij in, daarvoor had hij zich aan God gewijd, daar leefde hij voor. Daarom was hij ook altijd aanspreekbaar, vertoefde hij graag tussen zijn mensen, dronk met hen desnoods een smakelijke pint, rookte met hen een dikke sigaar, kon hij vreugde en plezier maken met hen, was hij hen nabij in uren van pijn en droefheid. Met in zijn achterhoofd altijd dit: “Aan mij en in mij moet Gods goedheid en Gods liefde tastbaar zijn”. Dat was zijn talent: het woord en de daad van Gods liefde, zijn blijde boodschap gestalte geven in de concrete omgang met het Godsvolk waarvan hij de herder mocht zijn. En al deed hij dat soms op een pittoreske manier, de manier van de kunstenaar, zijn kunst was het mensen lief te hebben en te dienen. Hij hield van de liturgie en hij was blij en hoopvol met de conciliebesluiten die wat meer armslag gaven in het vieren van de geloofsfeesten. Want ook vieren is een kunst om hart en ziel en lichaam te laten delen in het bad van geloof en vreugde omwille van Jezus. Toon hield van de kerk, onze Moeder de H. Kerk. Hij heeft haar trouw en vol overgave gediend. Aan haar gaf hij zijn toewijding en genegenheid zoals hij dat deed voor zijn eigen moeder. Vele jaren heeft hij ma bij hem thuis gehad. Zij mocht heel oud worden. En soms belemmerde hem dat in zijn bewegingsvrijheid, maar ma heeft hij verzorgd en opgepast met heel de warm-te van zijn hart. Hij deed het bewust en graag, ma betekende zoveel voor hem. Zoals ook zijn familiebanden hem heel nauw aan het hart lagen. Toon was geen eenzaat, hij kende zijn roots en hij hield ervan. Als priester was hij ook een trouwe man van gebed: in zijn persoonlijk bidden, in zijn eucharistie en in zijn breviergebed bracht hij allen tot in het hart van God, allen die hem dierbaar waren, allen voor wie hij was aangesteld. In ons dekenaat was hij een fijne en joviale confrater, een priester naar het hart van God en naar het hart van heel veel mensen. De laatste jaren waren wat moeilijk voor hem. Het rustoord te Hamont bood hem wat soelaas en zeker de genegenheid en de bezorgdheid van zijn familie en vrienden. Bij zijn wijding werd gezegd dat hij priester in eeuwigheid was. Nu is deze priester, E.H. Toon Scheepers die eeuwigheid binnengetreden. De goe-de en trouwe dienaar is thuisgekomen bij de Vader in de hemel. Daar geniet hij van een eeuwigheid van leven, vreugde en aanschouwing. Wij hebben alle reden om God dankbaar te zijn. Zijn priesterlijke en menselijke aanwezigheid tussen ons was een genade en een zegen. Moeder Maria, er waren drie moeders belangrijk in zijn leven: zijn eigen ma, onze Moeder de H. Kerk en O.-L-.Vrouw. Zij zullen hem nu blij de hemel binnenleiden tot bij hun Zoon, zijn Heer en vriend Jezus Christus. Amen.”
Joseph Geens